Vloeiweidenpad (6,4 km)

Het vloeiweidenpad is uitgezet om het landschap waar eeuwenlang hooilanden zijn bevloeid, ervaarbaar te maken. Je loopt in en langs het beekdal van de Buurserbeek. Naast historisch landschap, het beekdal en de hogergelegen heideterreinen, zijn ook hedendaagse landschapselementen zoals de waterzuiverende rietfilters in de route opgenomen. De nummers op de kaart corrensponderen met de teksten hieronder. Veel wandelplezier!

1. Van Keppelkanaaltje en Vloeigoot

U loopt nu over het Van Keppelkanaaltje dat in de zeventiende eeuw is gegraven in opdracht van baron Georgh van Keppel. Hij deed dit nadat de stad Deventer tegen de zin van de baron een bypass van de Buurserbeek, een zogenoemde omvloed, bij de Oostendorper watermolen had laten graven. Zo konden schepen vanuit Deventer de Buurserbeek verder opvaren richting het Duitse Ahuis. Om op de landbouwgronden van Het Lankheet toch over voldoende water te beschikken werd vanuit de Buurserbeek het kanaaltje gegraven. Water uit het kanaaltje kan in een vloeigoot worden geleid; dat is een reconstructie van een historische houten waterleiding, waarmee je zonder een brede sloot te hoeven graven, water kon transporteren. Verderop komt u een houten aquaduct tegen, gemaakt van een uitgeholde eik.

2. Veldwerkcentrum

Op het eind van de verharde weg ligt rechts het veldwerkcentrum van het landgoed. Iedere eerste zaterdag van de maand start hier een rondwandeling onder leiding van een gids. Meer informatie kunt u vinden op de website van de VVV Haaksbergen. Het veldwerkcentrum wordt ook veelvuldig gebruikt door schoolklassen die hier `buitenlessen’ volgen. Aan de linkerkant ziet u achter de houtwal een vloeiweide. Het maakt onderdeel uit van een eeuwenoud en ingenieus bemestingssysteem. Vroeger, toen er nog geen kunstmest was, moesten de boeren creatieve oplossingen bedenken om hun land vruchtbaar te houden.

Bevloeiing
De boeren in dit gebied ontdekten al in de middeleeuwen dat het water uit de beken veel voedingsstoffen bevatte, zoals kalk en mineralen. Om die belangrijke stoffen op hun land te krijgen bedachten ze een slim systeem: het vloeiweidesysteem. Met behulp van wallen, dammen, greppels en watergangen leidden ze het voedselrijke water uit de beek naar hun weidegronden en lieten die overstromen. Zo verbeterde de vruchtbaarheid van de grond maar dankzij het stromende water kon bij vorst de grasmat ook niet bevriezen. In het voorjaar kwam daardoor de grasgroei eerder op gang en konden ze een extra snede gras oogsten.

3. Kidney Pools

U ziet voor u de Kidney Pools, twee niervormige, die als yin en yang figuren in elkaar grijpen: symbolen voor zuivering, maar ook van evenwichtige verhoudingen. De vergelijking tussen lichaam en landschap, bloedsomloop en waterloop en de noodzaak van zuivering, inspireerden de Schotse kunstenaar Jim Buchanan. In de Chinese tuinen en geomantiek is deze samenhang vanzelfsprekend en vitaliseert het zowel mens als landschap. Tevens is het kunstwerk een plek voor meditatie en bezinning. Over een pad van stapstenen kunt u tussen de twee vijvers doorlopen. Behalve een plek van meditatie zijn de Kidney Pools ook een plek van vermaak voor jong en oud.

4. Klimaatbos

Als u door de tunnel loopt komt u in het klimaatbos. Het klimaat in Nederland verandert, het wordt warmer en droger maar we krijgen ook meer piekbuien en de zeespiegel stijgt. Daardoor verandert ook onze natuur en bossen. In het klimaatbos zijn boomsoorten uit midden Europa aangeplant die we in Nederland rond 2050 kunnen verwachten.5. Belvedère Over het Pieter Vereijkenpad en de trap komt u op de belvedère. Pieter Vereijken was verbonden aan de Universiteit Wageningen en heeft het waterpark technisch ontworpen. Vanaf de belvedère, het uitzichtpunt, heeft u een goed overzicht over het vijf hectare grote waterpark met rietvelden. Uit onderzoek van de universiteit blijkt dat het riet het grootste deel van het fosfaat en stikstof in het water verwijdert.

5. Belvedère

Over het Pieter Vereijkenpad en de trap komt u op de belvedère. Pieter Vereijken was verbonden aan de Universiteit Wageningen en heeft het waterpark technisch ontworpen. Vanaf de belvedère, het uitzichtpunt, heeft u een goed overzicht over het vijf hectare grote waterpark met rietvelden. Uit onderzoek van de universiteit blijkt dat het riet het grootste deel van het fosfaat en stikstof in het water verwijdert.

Waterzuivering
Het waterpark bestaat uit achttien grote vakken waarin riet groeit. Dit riet haalt het teveel aan fosfaat en stikstof uit het water. We noemen dit een helofytenfilter. Het waterpark is vormgegeven met een knipoog naar de renaissancetuinen op Italiaanse landgoederen waar water een belangrijke rol speelde. Door een fraaie bocht en een geleidelijk oplopende heuvel te creëren, met aan de voet daarvan het ‘canal grande’ heeft landschapsarchitect Berno Strootman een heuse Belvedère gemaakt. Van hieraf is het hele project in een fraai perspectief te overzien. Met de “Waterwachters” en de “Waterboog” hebben de kunstenaars Malou Bussers en Niek Verschoor de sfeer verder versterkt. De Waterwachters zijn twee grote vaasachtige houten vormen bij de ingang. De kunstenaars hebben zich hier laten inspireren door de stenen vazen die je vaak ziet op de toegangspoort van een landgoed.

6. Heide en vennen

Op het landgoed zijn nog een aantal heideterreinen. Sommige terreinen bestaan uit natte heide en vennen met de kenmerkende Dopheide terwijl we op droge heide vooral Struikheide zien. Deze heidevelden staan niet alleen onder druk door de droogte maar de planten verbranden ook tijdens de hittegolven zoals we die steeds vaker hebben in ons land. De vennen op het landgoed worden gevoed door de regen welke door de tegendruk van het grondwater en/of leemlagen niet in de bodem wegzakt. Sinds 2018 zijn deze vennen voor het eerst sinds mensenheugenis drooggevallen waardoor amfibieën verdwijnen. Ook het Gentiaanblauwtje, een zeer zeldzame kleine blauwe vlinder, die door voor haar voortbestaan afhankelijk is van de Heidegentiaan als waardplant is bijna verdwenen.

7. Natte broekbossen

Hier ziet u broekbossen waar de Elzen gedurende een groot deel van het jaar in het water staan. Enkel in de zomer droogt de bovengrond licht uit. De aanwezigheid van bramen en brandnetels wijst wel op de te droge omstandigheden waar het bos tot voor kort mee te maken had.

8. Vedders en Sleeën

De Vedders en Sleeën zijn een achttal weilanden met een oppervlakte van veertien hectare waar nu weer bevloeid wordt. Vrijwilligers zorgen er voor dat het water bij toerbuurt in winter en zomer over de verschillende weilanden stroomt. Voor het bevloeien wordt gebruik gemaakt van het gezuiverde water uit de rietvelden dat via een klein beekje wordt aangevoerd. Dit schone water moet er voor gaan zorgen dat hier bloemrijke natte hooilanden gaan ontstaan. Ook zakt het bevloeiingswater in de bodem en vult zo de grondwatervoorraad aan. Zo werkt het landgoed aan een toekomstbestendig waterbeheer.

9. Zandbanken

U staat hier aan de oever van de Buurserbeek waar sedimentatie van zand plaatsvindt. Zo ontstaan zandbanken en wordt de beek ondieper. Daardoor gaat de grondwaterstand in een groot gebied omhoog. Dit is niet alleen goed voor de natuur maar ook voor de landbouw. Om te voorkomen dat de beek bij hoge afvoeren benedenstrooms richting Diepenheim en Deventer wateroverlast veroorzaakt zijn de kades langs de Buurserbeek op meerdere plaatsen onderbroken. De beek krijgt daardoor de ruimte en een teveel aan water tijdens extreme situaties, wordt binnen het landgoed tijdelijk geborgen.

10. Meanderende beek

Aan de linkerkant ziet u in het bos de nieuwe `oude’ loop van de Buurserbeek. Tot tachtig jaar geleden liep de Buurserbeek hier als een slinger door het landschap. In de jaren dertig van de vorige eeuw werd de Buurserbeek rechtgetrokken en aan weerskanten van hoge kaden voorzien. Zo kon het water snel worden afgevoerd en de weilanden niet overstromen. De beek groef zich zelf ook steeds dieper in veroorzaakte steeds meer verdroging in de omgeving. Het waterschap heeft in 2020 samen met het landgoed de beek weer laten hermeanderen waarbij de beek bewust te smal en te ondiep is gemaakt.

Voorde
Op dit pad vindt u een aantal doorwaadbare plaatsen of voorden. In de tijd dat er nog geen bruggen waren, zochten de mensen zo’n ondiepe plek in een rivier op om over te steken. Ook veel steden, denk aan Amersfoort of Montfoort, ontstonden bij zo’n doorwaadbare plek. Nu zijn de voorden naast een speels element ook belangrijk om het water van de ene naar de andere vloeiweide te voeren.

De Buurserbeek kan zo weer haar eigen loop en profiel vinden. In het smalle deel vindt erosie van de oevers plaats en het zand dat hierbij vrij komt wordt benedenstrooms op de bodem neergelegd waardoor de beek zich zelf verondiept. Zo laten we het water en de natuur als een zandmotor het werk doen. Of op zijn Engels: `building with nature’. De steile oevers bieden ook broedgelegenheid voor IJsvogels en Oeverzwaluwen.

11. Vloeiweide Gerrit Jan van Heek senior.

De vloeiweide aan uw rechterhand bij het bordje `erfgoedspotter’ wijkt af van de andere vloeiweiden op het landgoed. We zien hier namelijk geen middeleeuwse vloeiweide maar de reconstructie van een vloeiweide uit het eind van de negentiende eeuw. De toenmalige eigenaar Gerrit Jan van Heek Sr. liet op Het Lankheet vloeiweiden aanleggen volgens de nieuwste technieken van die tijd. Met een uitgekiend systeem van sloten en greppels voor de aan- en afvoer van het water ontstond een sawa-achtige structuur met hoge en lage vloeivakken. Deze techniek waarbij oppervlaktewater maar ook het afvalwater van de stad werd gebruikt voor de bemesting, bleef maar kort bestaan. Na de Eerste Wereldoorlog werd kunstmest zo goedkoop dat bevloeiing verdween. In 2020 hebben de vloeiweiden op Het Lankheet samen met de vloeiweiden Pelterheggen bij Bergeijk de status van immaterieel erfgoed gekregen en dient deze eeuwenoude techniek nu als inspiratie voor het vasthouden van water.

12. Bosvitaliteit

U loopt nu door een bos met aan de linkerhand nog een aantal vloeiweiden. Ook voor het bos is water van essentieel belang. Klimaatverandering en zeker de droogte vermindert de vitaliteit van het bos. Daardoor zijn de bomen gevoeliger voor insectenplagen en schimmels. Zo tast de Eikenprachtkever een groot deel van de Eiken in ons land aan en is de Es door de essentaksterfte al bijna uit ons land verdwenen. Ook de Fijnspar dreigt te verdwijnen. Door de droogte van de afgelopen jaren is de harsproductie sterk verminderd en lukt het deze naaldboom boom niet meer de Letterzetter, een bastkever `uit te harsen’. Daardoor is deze kever in staat gangen te boren in de bast waardoor na een zware keveraanval deze bast afvalt. Zo kan binnen enkele weken een heel perceel Fijnspar sterven. Ook andere boomsoorten zoals de Beuk zullen het door de klimaatverandering steeds moeilijker krijgen. Nieuwe boomsoorten en extra zorg voor de bodem moeten de bossen klimaatbestendig maken.

13. Eeuwenoude bossen

U loopt nu door een gemengd bos met zowel loof- als naaldbomen. Sinds de middeleeuwen werden bossen in Twente steeds zeldzamer want het hout bracht veel geld op voor de bouw van schepen door de VOC. Zo niet op Het Lankheet. Toenmalige eigenaren als de families van Keppel en van Mülert waren echter zuinig op hun bossen dat zij zagen als een belegging voor de zeer lange termijn. Het Lankheet kent daardoor nu de grootste aaneengesloten eeuwenoude bossen van Overijssel.

14. Fish Flow Forms

Aan de rechterkant ziet u een klein beekje met het gezuiverde water uit de rietvelden. In dit beekje ziet en hoort u een Fish Flow Form die door een continu ritme en stroming extra zuurstof aan het water toevoegt. Uit onderzoek blijkt dat vissen er goed doorheen kunnen zwemmen en het dus geen visbarrière vormt.