Landgoed Het Lankheet

Landgoed het Lankheet is een verwevingsgebied van bos, natuur en landbouw. Oude essen, boerenerven, heide, hoogveen en historische bossen en hooilanden zijn er niet zozeer een overblijfsel van het verleden, maar geven met hun eigentijdse functies een blik op het landschap van de toekomst. De klimaatuitdaging vraagt namelijk om een divers, dynamisch landschap waar functies die in de afgelopen eeuw in Nederland radicaal gescheiden zijn, elkaar weer gaan versterken. Water is daarbij een sleutelelement.

Water is op het Lankheet weer het verbindende element dat het vroeger geweest is, maar nu met actuele klimaatfuncties. Historisch landschap is er zodanig gereconstrueerd en heringericht dat er water wordt vastgehouden, gezuiverd en fijnmazig verdeeld. Zo kunnen droge periodes worden ‘doorstaan’ en wordt de invloed van stikstof beperkt. Tegelijkertijd is er voldoende opvangcapaciteit gecreëerd waardoor in periodes van hevige neerslag en piekafvoer, water effectief kan worden geborgen en langzaam afgevoerd.

Energie wordt op het landgoed opgewekt door riet- en houtsnippers te composteren. Het riet wordt geoogst in zuiveringsvelden van inkomend beekwater. Het hout is afkomstig van de hakhoutpercelen die regelmatig moeten worden afgezet. Deze worden verwerkt in zogenaamde biomeilers, composthopen met waterleidingen, waardoor de energie die vrijkomt kan worden gebruikt om gebouwen te verwarmen.

Er is bij dit composteringsproces vrijwel geen uitstoot van broeikasgassen en het geeft na enkele seizoenen hoogwaardige compost voor het tuinbedrijf op de landschapsboerderij het Aaftink. Dat is een coöperatieve Noaberboerderij, die voor lokale bewoners een volledig voedingspakket produceert. Het is een landschapsboerderij omdat heide- en bosbeheer, waaronder ook het beheer van heidekoeien en bevloeiing van grasland er deel van uitmaken.

Het Landschap van Het Lankheet

Dat het Lankheet een historisch landschap is, wil dus niet zeggen dat de tijd heeft stilgestaan. Integendeel. Het oude landschap heeft een actuele betekenis en toekomstige functies. Het bevloeien wordt ingezet om droogte te bestrijden, bloemrijk hooiland te herstellen en het bodemleven te stimuleren. Op de jongste vloeiweiden uit de 19e eeuw zijn rietfilters aangelegd die het beekwater zuiveren, waarmee broekbossen worden versterkt en beekbegeleidende natuur wordt ontwikkeld. Het beekdal van de hoofdstroom, de Buurserbeek, is ingericht als bergings- en overstromingsgebied, zodat in tijden van veel neerslag water kan worden vastgehouden. De bossen worden op een natuurlijke manier verjongd en gemengd met boomsoorten die voorbereid op veranderende temperaturen. Kortom, met een moderne inzet historische functies en traditionele praktijken wordt gewerkt aan een klimaatrobuust landschap.

Dit alles levert een fraai landschap op om te wandelen, te fietsen en paard te rijden. Maar dat houdt niet op bij de grens van het Lankheet. Het landgoed maakt deel uit van een samenwerkingsverband met Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer dat de Groene Waaier wordt genoemd. Het is een gezamenlijk natuurgebied van zo’n 2000 hectare dat als een groene waaier om de woonkernen van Haaksbergen en Buurse ligt: het Lankheet, het Haaksbergerveen, het Buurserzand en het Witte Veen.

Middeleeuws landschap in een 21e eeuwse functie

Het Lankheet is ca 600 ha groot, bestaat voornamelijk uit naaldbos, heide, hoogveen en vennen. Vroeger maakte het deel uit van de Heerlijkheid Mallum. Het huis, de havezathe Hof te Mallum, stond bij de gelijknamige watermolen in Eibergen. De Hof, voor het eerst genoemd in 1188 als curtis Mallande, hoort nog steeds bij het Lankheet. Op de plek waar het huis tot 1800 stond, is nu een landschapskunstwerk in de vorm van een labyrinth gemaakt.

Het centrum van het huidige landgoed is een rug die in de voorlaatste ijstijd is gevormd en de plaatselijke waterscheiding vormt: noordelijk stroomt het water af op de Buurserbeek, zuidelijk op de Berkel. In het noordelijk gelegen beekdal liggen de landbouwgronden (ca. 50 ha) en de historische boerenerven Groot Lankheet of de Pingel en Klein Lankheet. Tot de oudste landschapselementen behoren de zogenaamde vloeiweiden die teruggaan tot de 14e eeuw. Het gaat hier om een middeleeuws watersysteem waarbij lokale kwel -opstijgend grondwater rijk aan kalk en mineralen- en beekwater werden gebruikt om graslanden te bevloeien bij wijze van natuurlijke bemesting. Bevloeien had ook andere voordelen. In de winter kon de graszode vorstvrij worden gehouden zodat de grasgroei weer vroeg in het voorjaar op gang kon komen. Tegelijkertijd werden ook kwalijke insecten als ritnaalden en engerlingen bestreden, mollen verdreven en de draagkracht van de grond verbeterd. Naarmate de zomer vorderde werd het bevloeiingssysteem gebruikt om te irrigeren, om het tekort aan neerslag te compenseren. Het was een effectief systeem, er kon in het verleden wel drie keer per jaar worden geoogst, niet minder dan met de moderne landbouwmethoden van vandaag! Het betrof in feite een goed doordacht, gesloten systeem: het gras diende als hooi voor het vee, waarvan de kostbare mest gebruikt werd voor de graanteelt op de hogergelegen akkers.

Met de komst van de kunstmest in de 20e eeuw is deze historische wijze van bemesten verdwenen. Het water moest nu juist van het grasland af om te voorkomen dat de dure kunstmest zou wegspoelen. Het grondwaterpeil is sindsdien aanmerkelijk gedaald. Om meer landbouwgrond te realiseren en met kunstmest op welke plek dan ook te exploiteren is veel ‘wilde’ natuur drooggelegd. Grond- en regenwater werden zo snel en direct mogelijk afgevoerd. Hierdoor is verdroging van het landschap ontstaan en is beekbegeleidende natuur op grote schaal verdwenen. Tegelijkertijd is periodieke overlast van winter- en regenwater toegenomen. De versnelde afvoer geeft veel grote watervolumes die het afvoerstelsel niet kan verwerken. In vroegere tijden werden deze volumes in de moerassen en natuurlijke overloopgebieden geborgen –onderwijl gebruikt voor bevloeiing- om langzaam gedurende het voorjaar weer af te stromen. Honderd jaar na de afschaffing van vloeiweidensystemen zijn ze weer actueel geworden. Met de klimaatverandering en daarmee samenhangende wateropgaven en natuurherstel, kunnen deze historische systemen weer een actuele rol vervullen. Inmiddels is de praktijk van het bevloeien Immaterieel Erfgoed geworden. Hierover kunt U meer zien in het filmpje dat hieronder staat:

In 1999, 2003 en 2020 is het historische vloeiweidensysteem op het Lankheet fasegewijs hersteld. Enerzijds om verdrogingsbestrijding, natuurherstel en waterberging te realiseren, anderzijds om historisch erfgoed voor wandelaars weer beleefbaar te maken. De plaatselijke kwel bleek in de beginfase van het herstelproject onvoldoende om de natuurdoelstellingen te realiseren. Samen met Wageningen Universiteit / Plant Research International is in 2004 een plan bedacht om water uit de Buurserbeek in te laten, dit te zuiveren in rietbekkens en dit vervolgens via het oude watersysteem op het landgoed weer naar de Buurserbeek terug te laten lopen. Hierdoor konden verschillende doelen tegelijkertijd worden verwezenlijkt. U kunt hier meer over lezen onder Het Waterpark. In 2020 heeft de Buurserbeek op het Lankheet weer haar vroegere loop teruggekregen en zijn tegelijkertijd de vloeiweiden langs de Kleine Vedder (een lokaal beekje) en in de Sleen hersteld.

Deze hooilanden, bij elkaar 14 ha, worden weer omgevormd naar natuurlijk bloemrijk grasland. Bevloeien speelt daarbij een belangrijke rol. In de afgelopen eeuw is er in de landbouw weinig aandacht geweest voor de rol van het bodemleven, zoals bacteriën, schimmels en wormen. Er is vooral gekeken naar de voedingsstoffen voor het gewas. Maar het bodemleven zorgt er nu juist voor dat deze voedingsstoffen beschikbaar komen. Door steeds meer gebruik van drijfmest, kunstmest en gifstoffen is het bodemleven maar ook het aantal insecten erboven dramatisch afgenomen. De bodemstructuur is erdoor verslechterd, er wordt minder water vastgehouden, meer broeikasgassen uitgestoten en minder CO2 vastgelegd. Zware machines hebben de bodem bovendien verdicht. Het inzicht groeit dat een vitale bodem cruciaal is voor de toekomst. Op deze hooilanden rond de Veddersweg en de Schipbeekweg (Veddersweiden en de Sleen) wordt geen drijfmest en kunstmest meer gebruikt, maar wordt er bevloeid. Hierdoor stimuleer je het bodemleven dat het overtollige stikstof en fosfaat uit het verleden sneller kan omzetten en waardoor bloemrijk grasland zich sneller kan herstellen.

Kortom, het Lankheet kent een lange geschiedenis en heeft een actuele betekenis gekregen voor deze tijd. Op het Veldwerkcentrum van het landgoed vinden regelmatig lezingen en studiebijeenkomsten plaats en van hieruit worden iedere eerste zaterdag van de maand wandelingen georganiseerd. U kunt zich zonder opgave vooraf bij zo’n wandeling van ca twee uur aansluiten: 10.00 uur, Lankheterweg 6, Haaksbergen. Laarzen aanbevolen. Hierover kunt u meer lezen onder rondleidingen.

Brochure van Landgoed Het Lankheet